Pauwen

Op ons park lopen een paar pauwen rond, een mannetje, een paar vrouwtjes en jaarlijks ook een stel jongen. Pauwen zijn uiteraard prachtige vogels om te houden. Vooral het mannetje maakt veel indruk met zijn imposante staart. Die bestaat uit zo’n 150 lange veren, die jaarlijks in de zomer uitvallen als de rui begint. Zijn “sleep” wordt zo’n anderhalve meter lang. Pauwen hebben veel ruimte nodig, ze kunnen niet in een volière worden gehouden. Die van ons zijn soms ook buiten het park te vinden, maar ze komen altijd weer terug.
Oorspronkelijk komen ze uit de oerwouden van tropisch Azië. Er zijn gemeenten waar het houden van pauwen binnen de bebouwde kom verboden is. Dit is omdat ze voor de omgeving erg irritant kunnen zijn met hun zeer luide en doordringende schreeuw. Die is op een paar honderd meter nog te horen.
Pauwen zijn alleseters, ze eten zowel plantaardig als dierlijk materiaal, waarbij in het wild zelfs slangetjes niet veilig zijn.
Er zijn drie soorten pauwen: de blauwe die hier wordt gehouden. De groene pauw en de congopauw zijn zeldzame en zeer schuwe vogels. Er bestaan ook witte pauwen, dat is een kweekvariant van de blauwe pauw.
Als pauwen een goed leven hebben, kunnen ze in gevangenschap 20 tot 30 jaar oud worden.

Klik hier voor meer info